Een vader en een zoon krijgen een auto-ongeluk. De vader is op slag dood. De zoon wordt in een ambulance naar het ziekenhuis gebracht. In de operatiekamer buigt de chirurg zich over het slachtoffer, maar zegt niet te kunnen opereren: ‘ik kan mijn zoon toch niet opereren?'. Hoe kan dat?
In een onderzoek van de Boston University heeft slechts 14% het goed. De chirurg is de moeder. Had jij het goed? Of dacht je dat de zoon twee vaders had of dat het om een stiefvader ging?
Het is een veelbesproken onderwerp tegenwoordig. De genderongelijkheid op de werkvloer, in hoge functies en beroepstitels. Maar in de Nederlandse filmindustrie lijkt het hier nauwelijks over te gaan.
Ik betrap mezelf er ook op. ‘Ken jij nog een goede cameraman?’ Shit. Er zijn een aantal beroepsaanduidingen in onze industrie die discriminerend zijn. Cameraman, geluidsman, best boy. Het bovenstaande voorbeeld laat zien dat dit soort termen ons wel degelijk beïnvloeden. Simpelweg omdat veel cognitieve processen vaak automatisch plaatsvinden, besmetten we onze beslissingsvermogen met dit soort vooroordelen. Jammer, want er zijn heel veel goede vrouwelijke cameraoperators. En die lopen we nu mis.
Ooit op set hoorde ik iemand vertellen dat hij het ongemakkelijk vond om een vrouwelijke lichtassistent lampen te laten sjouwen. Dan had hij sterk de behoefte om het zelf te doen, of de zware lampen in ieder geval zelf te tillen. Het impliceert dat de vrouw zelf niet goed wist waar ze aan begon toen ze ja zei op het werk als lichtassistent. Laat haar maar lekker die lampen sjouwen. Als ze hulp nodig heeft dan geeft ze dat zelf wel aan.
Dus, wat zouden we hier nou mee kunnen doen? Stilstaan bij de aannames die we zelf vaak doen (zoals dat een MUA altijd een vrouw is) en hier actief keuzes in maken als we op zoek gaan naar freelancers of in ons netwerk rondvragen lijkt me een goede eerste stap. En als we dat dan doen, zullen we dan om camera- en geluidsoperators en lichtassistenten vragen?
Vrouwen in Beeld deed onderzoek naar de periode 2011-2020 en keken hierbij naar vrouwen met leidinggevende functies, hoofd- of bijrollen in bijna 2.500 fictie- en documentaireproducties. Wat bleek? Vrouwen zijn zwaar ondervertegenwoordigd.
Vrouwen zijn in alle functies, behalve production design en research voor documentaires ondervertegenwoordigd. En verder geldt dat hoe langer en duurder een productie is, hoe minder vrouwen erbij betrokken zijn.
In 2021 werd er bij de uitreiking van de Gouden Kalveren voor het eerst geen onderscheid gemaakt tussen mannen en vrouwen. Met als gevolg dat er in dat jaar geen enkele vrouw met een beeldje naar huis ging. Wait.. what?
Alison Bechdel, een Amerikaanse striptekenaar, had in 1985 de strip 'The Rule' gemaakt, waarin het stripfiguur alleen films kijkt waar minstens twee vrouwen in voorkomen die met elkaar praten en waarbij het over iets anders dan mannen gaat. Ze ontstond de Bechdeltest, vernoemd naar Alison. Het resultaat: ongeveer de helft van alle films slaagt niet voor de test. Wauw..
En natuurlijk zijn er films waarin slechts twee personages zitten, of gaat het om een verhaal over een tijd waarin mannen de wereld domineerden. Maar ondanks dat is het goed om kritisch te kijken naar de diversiteit in films. Iets wat in Lord of the Rings niet helemaal uit de verf is gekomen.